FR / EN

Jimenez Saiz 119_AS_celebr_v01.jpg

ALTÉRITÉS
ANTONIO JIMÉNEZ SAIZ, LIONEL JUSSERET,
FANNY LE GUELLEC, MICHEL LORIAUX, SABINE MEIER

5 juni - 1 september 2019

Altérités

Het begrip anderszijn duidt dat aan wat anders is, datgene wat niet deel uitmaakt van het zelf. Deze op het eerste gezicht evidente en eenvoudige definitie onthult echter, wanneer we er dieper op ingaan, een hele reeks parameters die nu net de complexiteit van het begrip aantonen en die verrassend genoeg ook het fotografische proces zelf evoceren.

Te beginnen met het feit dat het bewustzijn dat we van de andere hebben, met name van degene die we niet zelf zijn, onvermijdelijk verwijst naar onze eigen identiteit. De confrontatie met de andere zet ons ertoe aan ons te bevragen over datgene wat onze eigenheid uitmaakt in het licht van onze gelijkenissen en onze verschillen ten overstaan van de andere. Deze identiteit is niet enkel een tegenstelling wat betreft aard, preciseert Patrick Colin, maar is gebaseerd op een relatie.
In de ons omringende wereld existeert een specifieke zijnde die de paradox van de andere op de spits drijft: identiek en verschillend. Deze specifieke entiteit is de andere mens, de andere die op me lijkt maar die ik niet ben, mijn alter ego.
1
Het gaat hier om een spiegeleffect, een reflectie van onszelf in confrontatie met de andere, een weerspiegeling die doet denken aan deze teweeggebracht door het fotografische beeld. Als reflectie van de wereld refereert deze beeld-spiegel tegelijkertijd naar zijn auteur en naar de onomstotelijke specificiteit van zijn perceptie.

Bovendien leidt de vrees voor de andere – of voor de anderen – tot een hele reeks van mogelijke antwoorden, fluctuerend, zoals Angelo Turco 2 benadrukt tussen hospes en hosties, tussen samenwerking en vijandigheid, toenadering en verwijdering, aanvaarding en afwijzing. De waarachtige ontmoeting met de andere dient noodzakelijkerwijze te gebeuren via een toenadering, afhankelijk van het verlangen of van de wil om in de eerste plaats de gelijkenissen te erkennen en niet de verschillen.

Ook hier lijkt ons deze beslissing om toenadering te zoeken dezelfde als deze aangewend in de fotografie, door dat wat ze oplegt, zowel aan de fotograaf als aan de toeschouwer om te gaan kijken, of op zijn minst om dichter bij te komen en zelfs om toenadering te zoeken. En als we ons van de andere slechts een voorstelling vormen, een beeld, dan hopen we dat de in deze tentoonstelling bijeengebrachte beelden bijdragen tot het vervagen van de grenzen tussen zij en wij – tussen (alle) anderen en wijzelf – zodat de andere met zijn fysieke, mentale en culturele verschillen voor ons toegankelijk blijft en volhardt in de eis dat we ons (her)definiëren bij het contact met hem.

Danielle Leenaerts, Curator.
Vertaling: Marleen Cappellemans.

1 Patrick Colin, «Identité et altérité», in: Cahiers de Gestalt-thérapie, 1/2001 (n°9), p. 53.
2 Angelo Turco, «Altérité», in: Jacques Lévy, Michel Lussault (onder leiding van), Dictionnaire de la géographie et de l’espace des sociétés, Paris, Belin, 2003, pp. 58-59.


ANTONIO JIMÉNEZ SAIZ
No Nos Aprenden A Morir

 
 
 

Grijs is voor Jiménez Saiz de gepaste kleurschakering voor de weergave van een complexe werkelijkheid die zich noch helemaal in het leven, noch helemaal in de dood situeert. Hij focust immers op de temporaliteit van personen die nog slechts over flarden van herinneringen beschikken. Dit evoceert althans «No nos aprenden a morir», de titel van de reeks en van het boek. Deze vreemde mix van Spaans en Frans (frañol) kan worden vertaald als « Men leert ons niet te sterven ». De fotograaf benadert dit thema aan de hand van een fabel over geheugenverlies. Abstracte beelden met diepe zwarte tinten duiden op stille ogenblikken, momenten van vergetelheid. In zijn relatie met de andere fixeert de fotograaf aangename momenten van medeplichtigheid, tot stand gekomen door het fotografische spel. Zo ontwikkelt hij, uitgaande van een persoonlijk relaas, een meer universele reflectie over alteriteit en over geheugen. Dit universele karakter uit zich eveneens in het androgyne karakter van het gefotografeerde subject.

Instagram: Antonio Jiménez Saiz

© Antonio Jiménez Saiz, uit reeks No nos aprenden a morir, 2017


LIONEL JUSSERET
Kinderszenen

 

Via de 13 hoofdstukken van de reeks Kinderszenen onderneemt Lionel Jusseret een tegelijk naïeve, beangstigende en vaak geheimzinnige droomreis. In deze uitgebreide beeldsequentie portretteert de fotograaf zogenaamde autistische kinderen op een manier die indruist tegen de « actuele mediapolemieken ». Hij fotografeert de kinderen tijdens hun vakantie op het platteland en kiest voor een antropologische en poëtische benadering. Dit resulteert in een merkwaardig beeldverslag gebaseerd op wederzijds respect. De fotograaf maakt integraal deel uit van het creatieve proces en openbaart zich in half geïmproviseerde reacties en meer humane en natuurlijke momenten. Lionel Jusseret zet de toeschouwer ertoe aan een kritische blik te werpen op onze perceptie over autisme, waarin poëzie en onschuld vaak ontbreken.

Met de hulp van Estacade et Vocatio Stichting.

Website: www.lioneljusseret.com

© Lionel Jusseret, uit reeks Kinderszenen, 2011-2017


FANNY LE GUELLEC
Têtes perdues

Fotografe en opvoedster Fanny Le Guellec interesseert zich voor thema’s als waanzin, marginaliteit en anderszijn. In deze reeks werpt ze een blik op La Bastide, een opvangcentrum voor volwassenen dat onderdak biedt aan een twintigtal bewoners die door psychische problemen in moeilijkheden raakten. Soms zijn het de families die de hulp van het centrum inroepen. De fotografe schept door haar camera een band met de residenten van het centrum en legt hun situaties en hun emoties vast. Zo geeft ze opnieuw een identiteit aan personen die bestempeld worden als « maatschappelijk onaangepast » omdat ze gedrag vertonen dat buiten de normen valt. Het werk van Fanny Le Guellec wil een dialoog aangaan met de andere en stelt de norm steeds opnieuw in vraag.

Instagram: Fanny Le Guellec

© Fanny Le Guellec, uit reeks Têtes perdues, 2015


MICHEL LORIAUX
Seul avec les autres

Michel Loriaux fotografeert op plaatsen waar niemand zich zomaar begeeft: een steenberg waarover een groepje daklozen heerst in zelfbestuur, landbouwgronden in handen van vrouwen, of in de reeks La Porte Ouverte, een instelling voor autistische en psychotische jongeren. De fotograaf wil clichés uit de weg ruimen om plaats te maken voor het door Cartier-Bresson geëvoceerde «beslissende moment», in dit geval dat van het anderszijn. Deze alteriteit is wat de fotograaf twee jaar lang observeerde terwijl hij, zonder zich op te dringen, tijd doorbracht met deze kinderen. Michel Loriaux laat de mise-en-scène dan ook over aan de subjecten en fixeert vervolgens de identiteit van diegenen die hij omschrijft als « alleen met de anderen ».

Textes: David Grançon

Website: www.michelloriaux.be

© Michel Loriaux, uit reeks Seul avec les autres, 2015


SABINE MEIER
Autoportraits

«Tussen 2000 en 2006, maakte ik een reeks van 32 zelfportretten. Niets wees erop dat ik voorbestemd was om zelfportretten te maken : ik had weinig belangstelling voor mezelf als persoon, en het fotograferen van mensen – zelfs als het om mezelf ging – boezemde me angst in. Alles begon met het project voor de reconstructie van een gebeurtenis waarvan ik, dertien jaar eerder, de protagonist was. Dit leidde tot het eerste zelfportret, Me voyant d'où il me voit (reconstitution).

 

Ik posteerde me op de plek waar ik me toen bevond en plaatste de camera daar waar de andere in het verhaal stond. Het op het beeld zichtbare snoer is uiteindelijk het hoofdpersonage geworden van het beeld. Het concretiseert de band tussen twee entiteiten: degene die ziet en degene die wordt gezien.
Het zelfportret richt zich tot de andere maar is doordrongen van een diepe melancholie omdat de andere altijd ontbreekt omwille van de andere tijd- en ruimtedimensie.»

Sabine Meier

Website: www.sabinemeier.com

© Sabine Meier, uit reeks Me voyant d'où il me voit (reconstitution) - Marseille - 9M15, 2000 // © Sabine Meier, uit reeks Me voyant d'où il me voit (reconstitution)